dinsdag 14 juli 2020

Stelling 2: "Ik geloof dat ik zelf in staat ben om te bepalen wat goed en kwaad is"

Die stelling is onmogelijk. Je kan hoogstens zeggen: Ik wil zelf bepalen wat ik goed of slecht vind. Maar je kan als individuele mens nooit bepalen wat goed of slecht IS! Ook de maatschappij kan dat niet. De maatschappij is namelijk geen absoluut ding, maar een verzameling van mensen met een bijzonder beperkte kennis. Zij bepalen alleen maar wat we op dat moment als goed of slecht ervaren of wat we graag als goed of slecht zien. 

Als er geen absolute morele Wetgever bestaat, dan zijn er ook geen absolute morele wetten. Doe dan gerust wat je wil.

Maar hier is het gekke: Uiteindelijk gaan we allemaal uit van absolute morele wetten.  Zonder God (de God van de Bijbel) zijn er helemaal geen absoluten te vinden. Alleen maar subjectief pragmatisme.

Conclusie: Als je niet bij de God van de Bijbel als maatstaf aanvaardt, dan blijf je hopeloos op zoek naar het antwoord op de vraag: “Wat is er eigenlijk goed en wat is er eigenlijk slecht!”



Wetenschap vertelt ons wat er is, maar kan ons nooit zeggen hoe iets moreel zou moeten zijn.

Als we niet meer zijn dan zakken ontplofte sterrenstof, dan kunnen we elkaar nooit zeggen wat goed of kwaad is. 

Dovstoyevski: “Als God niet bestaat, dan is alles toegestaan” 


Geen opmerkingen: